Ficus

Groene droom met 750 gezichten

Of je nu houdt van een binnenstruik die een hoop gezellige drukte met zich meebrengt, of een statige groene plant met designerblad, er is een Ficus om oud mee te worden. 

Kleuren en vormen 

Rijk aan bladeren, verkrijgbaar van ministruik tot binnenboom en ook nog eens makkelijk in de omgang. Het is geen wonder dat Ficus zo'n populaire woonplant is. Er is keuze uit exemplaren met kleine blaadjes, zoals de treurvijg (Ficus benjamina), met lange smalle bladeren zoals Ficus binnendijkii of juist met enorme bladeren, zoals vioolbladplant (Ficus lyrata). Ficussen met medium tot XL blad zijn Ficus cyathistipula en rubberplant, met zijn gestileerde ovalen bladeren. En er is ook nog een ukje: de klimvijg (Ficus pumila) compenseert dat in verhouding bescheiden formaat met talent voor klimmen en hangen. Binnen de meeste soorten is ook nog keuze tussen effen en bont blad en stammen die recht, gevlochten of gedraaid kunnen zijn. Voor elke stijl van wonen is dus wel een ficus die erbij past. Het is bovendien een sterke plant, die met de juiste verzorging indrukwekkend lang doorgroeit en mooi blijft. 

Symboliek 

In de tropen wordt Ficus gezien als een heilige boom: Boeddha zou geestelijke verlichting hebben gevonden onder een Ficus religiosa. Dezelfde soort staat in het Hindoeïsme voor 'boom van de wereld' en in het Christendom kwamen de vijgenblaadjes van Ficus Adam en Eva goed van pas om zich mee te bedekken toen ze met kennis werden bedeeld. De luchtwortels van de treurvijg (Waringin) staan voor een verbinding tussen de menselijke wereld en die van de geesten. De betekenis kan per soort verschillen, maar ze hebben bijna allemaal 'overvloed' en 'spirituele rijkdom' gemeen. 

Herkomst 

Ficus is de botanische naam van een geslacht in de moerbeifamilie dat zo'n 750 soorten telt. De meeste groeien in tropische streken waar hun vruchten (vijgen) een belangrijke bron van voedsel vormen voor mensen en dieren. De plant gedijt ook aardig in het milde klimaat rond de Middellandse Zee. Afgaand op archeologische vondsten is het vermoedelijk de eerste boom die voor landbouw werd geteeld in het Midden-Oosten, zo'n 11.000 jaar geleden. De vruchten werden gegeten, rubberboom leverde latex en van de vezels van de soepele bast werden onder andere stoffen en dozen gemaakt.